De mond wordt gebruikt om te spreken, maar ook om te eten en te drinken. Een goede samenwerking tussen lippen, tong, kaken, gebit, gehemelte en keel is noodzakelijk om slikken tot een succes te maken.
Problemen met slikken kunnen zijn
OMFT
Wat is het
De kauwspieren, de tong, de lippen, de kinspieren etc. oefenen ieder invloed uit op het gebit. Het kan voorkomen dat bepaalde functies van de mond anders functioneren dan normaal. Dit uit zich in open mondgedrag, mondademing, slissen, een slappe mondmotoriek of kwijlen/speekselverlies. Het gevolg daarvan is dat de vorm van het gebit en/of de kaken verandert. Dit kan invloed hebben op de spraak.
De tandarts kijkt naar de vorm van je gebit, maar de logopedist kijkt naar de functies van je mondspieren. Je wordt daarom bij een vermoeden van verstoorde mondgewoonten door je tandarts of orthodontist verwezen naar een logopedist. Er zijn dus raakvlakken tussen logopedie en tandheelkunde!
Gevolgen
Afwijkende mondgewoonten kunnen het evenwicht tussen de spieren in en om de mond verstoren. Normaal gesproken ligt de tong boven in de mond achter de tanden tijdens het slikken. Bij een afwijkende/verstoorde tongligging ligt de tong vaak laag onder in de mond. De tong wordt dan tussen of tegen de tanden geperst tijdens het slikken.
Door afwijkend slikken kan een gebitsverandering ontstaan, zoals een over- of open beet. De afwijkende tongligging kan ook gevolgen hebben voor de articulatie. Klanken zoals de [s], [z], [t], [d], [l] en [n] worden dan met de tong tegen of tussen de tanden uitgesproken, beter bekend als slissen.
Behandeling
In onze therapie leren we je de bewegingen en coördinatie van de mondspieren te verbeteren door middel van een therapieprogramma OMFT (oro-myofunctionele therapie). Door middel van een trainingsschema ga je ook aan de slag met het trainen van juist slikken. We besteden zo nodig aandacht aan het afleren van duim-, vinger of speenzuigen.OMFT versterkt het resultaat van de orthodontie of een chirurgische kaakoperatie en voorkomt dat de tanden later weer verschuiven. Ook geeft het een blijvend resultaat bij articulatietherapie.
Slikstoornis
Wat is het
Een slikstoornis is geen ziekte, maar het gevolg van een aandoening of ziekte. Het kauwen of slikken wil niet goed, de voeding wil niet weg of blijft na het slikken achter in de mond of keel. Ook kan verslikken optreden: een deel van het eten of drinken komt in de luchtpijp terecht. Dit veroorzaakt stevig hoesten om het eten of drinken weer uit de luchtpijp of longen te krijgen.
Gevolgen
Slikstoornissen hebben zowel lichamelijke als sociale gevolgen. Een voorbeeld van een lichamelijk gevolg is een longontsteking of verslikpneumonie. Dit ontstaat als hoesten niet sterk genoeg is, waardoor bacteriën uit het eten of drinken achter blijven in de longen. Door onvoldoende weerstand tegen deze bacteriën, of als verslikken vaak voorkomt treedt een longontsteking of verslikpneumonie op. Een voorbeeld van een sociaal gevolg bij slikproblemen is het plezier in het eten en drinken dat kan verdwijnen of het uit eten gaan in een restaurant dat lastig is.
Behandeling
Door middel van een slikonderzoek wordt de oorzaak van de slikproblemen achterhaald. Zo nodig betrekken we hierbij een kno-arts en/of radioloog van het Martiniziekenhuis of UMCG.
Als de oorzaak duidelijk is wordt er gestart met een behandeling die zich richt op het verbeteren van het eten en drinken. Met andere woorden, we leren je hoe je tijdens het eten en drinken problemen als verslikken en hoesten kunt vermijden. Daarnaast geven we adviezen aan jou (en je omgeving) met betrekking tot bijvoorbeeld de houding tijdens de maaltijd, de consistentie van het voedsel en de wijze van aanbieden.